Het wolwinkeltje van Tante Jans

Grietje is boos

Het belooft vandaag een rustige dag te worden. Ieder is zijn of haar eigen ding aan het doen, totdat Grietje als een dolle stier door de tuin gaat rennen.

‘Ik pikt het niet meer. Ik pik het niet meer,’ schreeuwt ze!

Verbaast kijkt Bromknor naar de rondspringende Grietje. ‘Is het in je bol geslagen, hou daarmee op. Je maakt iedereen van streek, geitenkop,’ roept hij.

Nijdig blijft ze voor hem staan en zegt: ‘Oh ja, oh ja, wordt eens wakker zeg. Het enige wat jij doet is eten, eten en nog eens eten. Wij zitten hier onze tijd te verdoen met nietsdoen. Die vervelende rat doet ook maar waar hij zin in heeft. Hier…, kijk nou eens. Overal laat hij papier slingeren, maar opruimen ho maar! Nee…, daar heeft hij geen boodschap aan. Gek word ik van die rat.’

Bromknor begrijpt er niets van. Piet, die niets opruimt. Vreemd, denkt hij. Als er één van ons netjes is, dan is dat Piet wel. Maar Grietje heeft wel gelijk. Overal liggen er velletjes papier. En het vreemde is de velletjes zijn allemaal hetzelfde.

‘Zie je nou wel, die rat maakt van onze tuin een vuilnisbelt,’ mekkert Grietje. ‘Doe er iets aan Brom.’

‘Nou Grietje, je moet niet zo overdrijven en wie zegt dat Piet dit heeft gedaan. Heb je het gezien

Grietje houdt haar mond en Bromknor vraagt: ‘Nou, zeg op. Heb je het gezien?’

Argeloos buigt ze haar kop en schut van nee. ‘En toch heeft hij het gedaan,’ roept ze en loopt nijdig weg.

Hoi Bromknor, ik kom even mijn verloren velletjes opruimen. Die ben ik per ongeluk verloren. Mijn rugtas was zo vol, maar gelukkig liggen ze er nog. Bedankt voor het oppassen,’ zegt Piet de rat.

 

Het-wolwinkeltje-van-Tante-Jans-Grietje-is-boos.- Er-ligt-rotzooi-in-de-tuin

Snel raapt hij zijn papiertjes op en stopt ze in zijn rugtas en verdwijnt door een gat onder de struiken.

Bromknor kijkt hem verbijstert na en schut met zijn kop. Grietje voelt zich een beetje schuldig dat ze zo tegen Bromknor heeft staan mekkeren en loopt naar zijn hok.

‘Ga weg Grietje, ik wil je voorlopig niet meer zien. Jij maakt ons soms helemaal gek met je gezeur. Ga iets nuttigs doen,’ mokt hij en legt zijn kop op zijn voorpoten.

Grietje snapt hem wel, maar vindt het moeilijk om haar ongelijk toe te geven.

‘Sorry Brom, ik schaam me een beetje. Ik weet het, ik mag Piet niet zomaar beschuldigen. Ben je erg boos?’

Bromknor gaat rechtop zitten en blaft tegen haar. ‘Wie was er hier boos, jij toch. Laat het alsjeblieft rusten, je bent soms onmogelijk. Kijk daar heb je Piet.’

‘Kraa…, kraa…, kraa…, krijst de kraai, die boven op de nok van het hok is geland. ‘Piet…, Piet…,’ krijst hij. ‘Grietje zegt dat je van de tuin een vuilnisbelt maakt. Je moet het niet pikken hoor. Ze beschuldig je ervan dat je al dat papier heeft rondgestrooid.’

Piet had allang vernomen wat er zich in de tuin had afgespeeld en legt Grietje uit wat er werkelijk is gebeurd. ‘Het was niet expres. Ik was per ongeluk een paar velletjes verloren.’

‘Sorry Piet, ik had je ook niet zo mogen beschuldigen. Misschien komt dat omdat ik mij soms mateloos verveel en dan ga ik mij overal aan ergeren.’

‘Dan moeten we daar wat aan doen. Ik moet toegeven dat ik me ook soms erg verveel,’ zegt Bromknor.

‘Ik denk dat ik wel iets weet,’ antwoordt Piet. ‘Ik heb samen met Jos de egel de carrousel bekeken en…’

‘Wat bedoel je,’ mengt Koos de vos zich in het gesprek, die net als de anderen nieuwsgierig zijn geworden.

‘Die draaimolen is geen draaimolen, maar een carrousel. Jos en ik gaan proberen hem te repareren en als jullie willen kunnen jullie daarbij helpen,’ antwoordt Piet.

‘Hallo,’ horen ze vanachter de schutting. ‘Mag ik daar ook bij helpen. Ik ben heel sterk en ik beloof jullie dat ik me zal gedragen.’

Bromknor moet nu heel hard lachen als hij de kop van Teun de pitbull onder de schutting door ziet gluren. Hij was helemaal vergeten dat hij Teun een paar dagen terug de tuin had uitgestuurd.

Bij het zien van zijn kop springt Grietje meteen weer uit haar vel en roept: ‘Niets daarvan. Wegwezen jij, of ik spring uit mijn vel.’

Piet moet om haar reactie grijnzen en antwoordt: ‘Vel… velletje, misschien kan je een paar velletjes van mij gebruiken. Ik ben ervan overtuigd dat als je leert lezen, je er veel plezier aan zult beleven.’

‘Wat is dat. Ik weet niet wat lezen is,’ vraagt Grietje? ‘Kan ik daar mee mijn verveling stillen.’

Ze loopt naar de schutting en vraagt aan Teun. ‘Kan jij lezen?’

‘Ik weet ook niet wat het is, maar ik wil het best samen met jou leren,’ antwoordt hij.

Piet heeft een beetje spijt over hetgeen hij heeft geopperd. Jos en de uil hebben hem leren lezen, maar hij is er nog lang niet goed genoeg in om het de andere te leren. Hij krabt achter zijn oor en groet de anderen. Snel trekt hij zich terug in zijn vertrouwde schuurtje. De enige die uit de hele situatie winst heeft behaald is Teun de pitbull. Hij mag immers weer gewoon de tuin in, mits hij zich maar gedraagt en daar gaat hij zijn best voor doen. Maar ja hoelang gaat hem dat lukken.