De Vluchtelingen
De kabouters werken nog steeds aan het herstel van hun geliefde dorpje ‘Oetel’, maar naast het probleem van de verwoeste huisjes is er nog een andere kwestie.
De dieren uit het prachtige bos zijn verward, logisch natuurlijk de storm heeft ook in het bos flink huisgehouden. Ze zoeken daarom massaal hun toevlucht in het kabouterdorp Oetel. De kabouters die nog volop bezig zijn met hun eigen dorpje te herstellen zien niet direct een oplossing om iedereen te helpen.
Tussen de puinhopen proberen de vluchtende dieren materiaal te vinden om een nieuw onderkomen voor zichzelf te bouwen.
Kabouter Karel ziet dit met lede ogen aan en begrijpt dat hij moet ingrijpen anders wordt het een chaos, maar wat kan of moet hij doen? Hij besluit dit probleem met de andere kabouters te bespreken.
’s Avonds komen ze met zijn allen bijeen in het huisje van kabouter Karel en overleggen hoe zij het probleem voor de gevluchte dieren kunnen oplossen, zodat ook zij weer verder kunnen.
Ze besluiten allereerst een groot onderkomen te bouwen, waar de vluchtende dieren kunnen schuilen, slapen en eten. Al het materiaal dat overblijft, of wat nog is blijven liggen na de storm, wordt bij elkaar verzamelt. Daarmee kunnen de vluchtelingen dan eventueel een nieuw onderkomen voor zichzelf bouwen.
De vluchtende dieren zijn enorm blij dat zij voorlopig bij de kabouters mogen blijven en samen gaan ze aan de slag om voor zichzelf een onderkomen te creëren.
Al snel keert de rust in het dorp weer terug en de eerste gevluchte dieren keren langzaamaan weer terug naar hun eigen plekje in het diepe bos. Maar niet voordat ze alle kabouters in Oetel bedankt hebben voor hun hulp en goede zorgen tijdens hun verblijf.